Fietsers die in dronken toestand door een agent worden betrapt, riskeren naast een geldboete ook de intrekking van hun rijbewijs.
Artikel 35 van de Wegverkeerswet bepaalt immers dat een dronken of gedrogeerde bestuurder bestraft wordt met een boete EN met een verval van het recht tot sturen.
Vermits fietsers eveneens bestuurders zijn, geldt deze bepaling, die eerder op maat van automobilisten geformuleerd is, ook voor hen.
Artikel 38§3 geeft de rechter de mogelijkheid om het herstel van het recht tot sturen te koppelen aan één of meer voorwaarden die verband houden met de rijvaardigheid van de bestuurder.
Deze formulering komt erop neer dat de rechter verplicht is om het rijbewijs van de overtreder in te trekken ook als het om een fietser of bromfietser categorie A gaat terwijl deze geen rijbewijs nodig hebben.
Met de nieuwe wet is de rechter niet langer verplicht het rijbewijs van fietsers in te trekken.
De wet van 18 juli tot wijziging van de Wegverkeerswet van 16.03.1968 heeft een paragraaf 7 toegevoegd aan artikel 38 waarin wordt gesteld dat de rechter niet verplicht is het verval van het recht tot sturen uit te spreken en het herstel in het recht tot sturen afhankelijk te maken van examens of onderzoeken indien de overtreding werd begaan met een voertuig waarvoor geen rijbewijs vereist is.
De mogelijkheid om een rijverbod uit te spreken blijft dus wel bestaan maar de rechter kan zelf over de opportuniteit hiervan oordelen.
De wet is gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 21 september en treedt in werking 10 dagen na de publicatie, op 1 oktober dus.
Veerle Janssen