Denkt u erover om een bestuurdersmandaat in een vennootschap op te nemen of bent u reeds werkzaam als bestuurder? Dan heeft u vast al gehoord over de bestuurdersaansprakelijkheid. Het woord dekt een zeer verscheiden lading, waarbij wij hier in hoofdzaak zullen ingaan op de aansprakelijkheid voor de fiscale schulden van de vennootschap.
1. Omkadering
Als bestuurder bent u een orgaan van uw vennootschap. Dat betekent concreet dat uw handelingen aan uw vennootschap zullen worden toegerekend en dat men bij fouten of schulden in eerste instantie gaat aankloppen bij de vennootschap zelf. Toch kan u, als bestuurder, in bepaalde gevallen, ook persoonlijk worden aangesproken voor de schulden van de vennootschap.
Er bestaat bijvoorbeeld een specifieke oprichtersaansprakelijkheid en ook bij faillissement kan u worden aangesproken indien u kennelijk grove fouten heeft begaan tijdens uw mandaat. Hierop gaan we in dit artikel niet verder in. We zullen kort eerst enkele algemene principes toelichten, waarna we de fiscale bestuurdersaansprakelijkheid zullen bespreken.
2. De bestuurdersaansprakelijkheid (in het WVV): enkele algemene principes
Het Wetboek Vennootschappen en Verenigingen heeft een aantal principes gecentraliseerd, dewelke van toepassing zijn voor alle soorten rechtspersonen. Het speelt dus geen rol meer of u bestuurder bent in een nv, een bv of zelfs een vzw. Er wordt ook geen onderscheid gemaakt tussen formeel benoemde bestuurders en feitelijke bestuurders.
De aansprakelijkheid is ruim omschreven: u bent als bestuurder aansprakelijk voor fouten begaan in de uitoefening van uw opdracht. Dit geldt ook ten aanzien van derden, voor zover uw fout een buitencontractuele fout is. Dit wordt echter aangevuld door te stellen dat de aansprakelijkheid enkel geldt voor beslissingen, gedragingen of daden die zich kennelijk buiten de marge bevinden waarbinnen normaal voorzichtige en zorgvuldige bestuurders, in dezelfde omstandigheden geplaatst, redelijkerwijze van mening kunnen verschillen. Deze zorgvuldigheidsnorm vormt al een eerste beperking op uw aansprakelijkheid.
Bovendien zijn er ook financiële grenzen gesteld aan uw bestuurdersaansprakelijkheid, in functie van de gemiddelde omzet van de rechtspersoon, en het gemiddeld balanstotaal van de laatste drie boekjaren voorafgaand aan de instelling van de aansprakelijkheidsvordering. Deze financiële caps gelden bovendien voor alle aansprakelijke bestuurders samen, en per feit (of geheel van feiten).
Een voorbeeld: als de omzet lager ligt dan 350.000 euro en het balanstotaal onder 175.000 euro zit, bedraagt de bestuurdersaansprakelijkheid maximaal 125.000 euro. Bij een omzet boven 350.000 euro maar onder 700.000 euro en een balanstotaal tussen 175.000 euro en 350.000 euro, wordt de aansprakelijkheid opgetrokken tot maximaal 250.000 euro.
U kan contractueel geen afwijking voorzien van de aansprakelijkheid onder die grenzen, noch kan uw vennootschap de financiële gevolgen van een vordering ten laste nemen.
Let echter op, want deze financiële grenzen gelden NIET in de volgende gevallen:
- een lichte fout die eerder gewoonlijk dan toevallig voorkomt;
- een zware fout;
- bedrieglijk opzet of oogmerk om te schaden;
- voor fouten inzake bepaalde verplichtingen, zoals het volstorten van het kapitaal en de
- kapitaalsverhoging;
- de hoofdelijke aansprakelijkheid voor fiscale schulden;
- de hoofdelijke aansprakelijkheid voor sociale zekerheidsbijdragen.
De facto komt dus enkel de toevallige lichte fout in aanmerking voor de begrenzing van de aansprakelijkheid en is de aansprakelijkheid in het WVV toch weer wat ruimer dan eerst gedacht.
3. De fiscale bestuurdersaansprakelijkheid
De hoofdelijke aansprakelijkheid voor bepaalde fiscale schulden, recent nog verankerd in het nieuwe Wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen (WMGI), staat opgesomd in de lijst waarvoor de financiële caps niet gelden. Het gaat hier om een bijzondere grondslag van aansprakelijkheid.
Als de vennootschap (of vereniging) tekortschiet aan haar verplichting tot betaling van de bedrijfsvoorheffing of de BTW (inclusief intresten en kosten), bent u als bestuurder die belast is met de dagelijkse leiding, hoofdelijk aansprakelijk voor de betaling van deze schulden. De tekortkoming moet wel te wijten zijn aan een fout die u heeft begaan bij de uitoefening van uw mandaat.
Er geldt weliswaar een weerlegbaar vermoeden dat u dergelijke fout heeft begaan, als de vennootschap (of vereniging) herhaaldelijk in gebreke is gebleven om de bedrijfsvoorheffing of de BTW te betalen. Dit betekent:
- voor een trimestriële schuldenaar/aangever dat er binnen een periode van een jaar minstens twee schulden niet zijn betaald;
- voor een maandelijkse schuldenaar/aangever dat er binnen een periode van een jaar minstens drie schulden niet zijn betaald.
Dit vermoeden geldt dan weer niet als men herhaaldelijk niet heeft betaald, omdat er sprake was van financiële moeilijkheden die geleid hebben tot een procedure van faillissement, gerechtelijke ontbinding of gerechtelijke reorganisatie.
De aansprakelijkheid kan nog worden uitgebreid naar andere bestuurders, die niet belast zijn met de dagelijkse leiding, indien kan worden aangetoond dat ook zij een fout hebben begaan die heeft bijgedragen tot de tekortkoming inzake de betaling van de belastingen.
Deze hoofdelijke aansprakelijkheid wordt door de Administratie veelvuldig ingeroepen, dus u bent zich best goed bewust van het risico.
4. De bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering
Weet dat u zich als bestuurder kan verzekeren voor uw eventuele aansprakelijkheid voor de handelingen die u stelt binnen het kader van uw bestuursmandaat. Dit kan door middel van een bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering.
Het is niet noodzakelijk dat u zelf deze verzekering afsluit. Ook uw onderneming kan een verzekering bestuurdersaansprakelijkheid onderschrijven voor uw rekening, indien de Algemene Vergadering van de onderneming hiermee instemt. Deze verzekering kan daarnaast worden afgesloten voor alle huidige, vroegere en toekomstige bestuurders. De onderneming betaalt dan de jaarlijkse premie teneinde u in te dekken tegen een bestuursfout.
Welke schade zal worden gedekt door de verzekeringsmaatschappij, hangt af van elk individueel contract. Recent werd wettelijk voorzien dat zelfs de grove schuld van de bestuurder kan worden verzekerd. De verzekeringsmaatschappij kan contractueel wel een heel wat gevallen uitsluiten. Ga dus goed na voor welke gevallen u verzekerd bent en nog belangrijker, voor welke gevallen niet!
Indien u meer informatie over dit onderwerp wenst, kan u contact opnemen met mr. Charline De Coster en mr. Kim Robijns.